Vertaal deze pagina naar:

De Eed van Hippocrates

30-11-2020

Hippocrates van Kos (460-370 v. Chr.) wordt gezien als de vader van de westerse geneeskunde, omdat hij als eerste (in de westerse wereld) ziekteverschijnselen aan natuurlijke in plaats van bovennatuurlijke oorzaken toeschreef. De Griekse arts hechtte veel belang aan hygiëne, gezonde voeding en frisse lucht voor een goede gezondheid. Ook moedigde hij zijn studenten aan zieke en overleden patiënten goed te bestuderen. Hiermee kan hij worden gezien als de grondlegger van het klinisch onderzoek. Termen als 'chronisch' en 'acuut' om ziektebeelden aan te duiden, zijn van hem afkomstig.

Beeld: Hippocrates van Kos
Beeld: Hippocrates van Kos

Moderne eed van artsenkoepel KNMG

'Ik zweer/beloof dat ik de geneeskunst zo goed als ik kan zal uitoefenen ten dienste van mijn medemens.

Ik zal zorgen voor zieken, gezondheid bevorderen en lijden verlichten.

Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen.

Ik zal aan de patiënt geen schade doen.

Ik luister en zal hem goed inlichten. Ik zal geheim houden wat mij is toevertrouwd.

Beeld: Hippocrates van Kos

Ik zal de geneeskundige kennis van mijzelf en anderen bevorderen.

Ik erken de grenzen van mijn mogelijkheden.

Ik zal mij open en toetsbaar opstellen, en ik ken mijn verantwoordelijkheid voor de samenleving.

Ik zal de beschikbaarheid en toegankelijkheid van de gezondheidszorg bevorderen.

Ik maak geen misbruik van mijn medische kennis, ook niet onder druk. Ik zal zo het beroep van arts in ere houden.

Zo waarlijk helpe mij God almachtig/Dat beloof ik.'

Bron: https://wewordenbeter.nl/toen-en-nu/de-eed-van-hippocrates/